Les 49: Klok Lezen

Inleiding

• Het begrijpen van de analoge klok.
• Belangrijk: onderscheid tussen de voorkant en de overkant van de klok.

Klok Lezen

Voorkant van de Klok

• Linkerkant van de klok.
• Lange wijzer (minutenwijzer) links betekent 'voor het uur', voorbeelden:
  • Vijf voor
  • Tien voor
  • Kwart voor

Overkant van de Klok

• Rechterkant van de klok.
• Lange wijzer rechts betekent 'over het uur', voorbeelden:
  • Kwart over
  • 20 over
  • 25 over

Praktische Voorbeelden

Voorbeelden van Kijken naar de Klok

1. Kwart over 7

   • Lange wijzer aan de rechterkant (over het uur)
   • 15 minuten over het uur
   • Korte wijzer voorbij 7

2. Kwart voor 10

   • Lange wijzer aan de linkerkant (voor het uur)
   • 15 minuten voor het uur
   • Korte wijzer voor 10

3. 5 over 6

   • Lange wijzer aan de rechterkant (over het uur)
   • 5 minuten over het uur
   • Korte wijzer voorbij 6

4. 10 over 11

   • Lange wijzer aan de rechterkant (over het uur)
   • 10 minuten over het uur
   • Korte wijzer voorbij 11

5. 20 over 8

   • Lange wijzer aan de rechterkant (over het uur)
   • 20 minuten over het uur
   • Korte wijzer voorbij 8

6. 10 voor 2

   • Lange wijzer aan de linkerkant (voor het uur)
   • 10 minuten voor het uur
   • Korte wijzer voor 2

7. 20 voor 7

   • Lange wijzer aan de linkerkant (voor het uur)
   • 20 minuten voor het uur
   • Korte wijzer voor 7

Alternatieve Manieren van Klok Lezen

• Bijna halve uren: Speciaal geval:
  • 20 over het uur = 10 voor half
  • 25 over het uur = 5 voor half
  • 20 voor = 10 over half
  • 25 voor = 5 over half

Voorbeeld

• 25 voor 5
  • Lange wijzer aan de linkerkant (voor het uur)
  • 25 minuten voor het uur
  • Korte wijzer voor 5
  • Alternatieve lezing: 5 over half 5

Conclusie

• Het belang van het bepalen of de wijzer voor of over het uur is.
• Gebruik van "bloemblaadjes" om minuten te tellen.