Spieren van de Nek

Inleiding

• Spreker: Dr. Morton
• Onderwerp: Spieren van de nek, hun acties en innervatie, en de verschillende spierlagen.
• Focus op locatie binnen de cervicale fascia.

Superficiale Fascia

Platysma Spier

• Locatie: Superficiale fascia/hypodermis.
• Oorsprong: Hoek van de mond en hoek van de onderkaak.
• Insertie: Sternum en sleutelbeen.
• Actie: Rimpelt de huid van de nek.
• Innervatie: Aangezichtszenuw (craniale zenuw VII).

Diepe Investerende Fascia

Sternocleidomastoïdeus (SCM)

• Hechtingen: Sternum, sleutelbeen, mastoïd proces.
• Acties: Draait het hoofd naar de tegenovergestelde kant en buigt de nek aan dezelfde kant.
• Innervatie: Spinale accessoire zenuw (craniale zenuw XI).

Trapezius

• Acties: Elevatie van de scapula (schouderophalen), extensie van het hoofd en de nek.
• Innervatie: Spinale accessoire zenuw (craniale zenuw XI).

Prevertebrale Fascia

Scalene Spieren

• Onderverdeling: Anterieure, middelste en posterieure scalene spieren.
• Acties: Elevatie van de eerste en tweede rib, laterale flexie van de nek.
• Innervatie: Ventrale takken van C4 tot C8.

Levator Scapulae

• Actie: Elevatie van de scapula.

Longus Capitis en Longus Colli

• Locatie: Prevertebrale fascia.
• Functie: Topografisch belangrijk, klinisch minder relevant.

Pretracheale Fascia

Infrahyoid Spieren

• Onderverdeling: Sternohyoid, sternothyroid, omohyoid, thyrohyoid spieren.
• Acties: Depressie en ondersteuning van het hyoid bot.
• Innervatie: Cervicale plexus (ansa cervicalis).

Samenvatting

• Waarom zowel somatische spieren als branchiale spieren in de nek?
  • Stabiliseren van het hoofd (als een sinaasappel op een tandenstoker).
  • Branchiale spieren (platysma, SCM, trapezius) migreren naar de nek om stabiliteit te bieden.

Conclusie

• Belangrijke punten: Locaties, acties, en innervaties van de nekspieren.
• Begrip van anatomie biedt inzicht in functie en klinische relevantie.