Anatomie van de Lever

Positie en Oppervlakken

• Gelegen onder de rechterkant van het diafragma in het rechterbovenkwadrant van de buik.
• Anterieure superieure oppervlak: contact met de onderkant van het diafragma.
• Posterieure inferieure oppervlak: contact met onderliggende organen.

Ligamenten

• Falciform ligament: hecht de lever aan de voorste buikwand.
• Ligamentum teres (ronde ligament): overblijfsel van de navelstrengader, ligt in de vrije rand van het falciform ligament.
• Coronary ligaments: anterieure en posterieure plooien hechten de lever aan het diafragma.
• Triangular ligaments: gevormd door de convergentie van anterieure en posterieure plooien van de coronary ligaments.
• Bare area: gebied niet bedekt door peritoneum, direct contact met het diafragma.
• Ligamentum venosum: vaak gehecht aan de linker leverader, overblijfsel van de ductus venosus van de foetale circulatie.
• Lesser omentum: bestaat uit het hepatogastrisch ligament en het hepatoduodenaal ligament.

Leverlobben

• Linker en rechter lob: grote lobben van de lever.
• Caudate lob: bovenaan, kleiner, zichtbaar posterior.
• Quadrate lob: onderaan, kleiner, zichtbaar posterior.
• Functionele segmenten: acht segmenten, elk voorzien van een eigen portale triade.
  • Segment 1: caudate lob, posterior gelegen.
  • Segmenten 2-8: genummerd in klokwijzerzin vanaf links.
  • Segment 4: verdeeld in 4a en 4b.
  • Cantlie lijn: denkbeeldige lijn die de linker- en rechterlob scheidt.

Bloedvoorziening

• Dubbele bloedvoorziening: portale vene en arteria hepatica.
  • Portale vene: gevormd door samenvoeging van grote buikaderen.
  • Arteria hepatica: vertakt van de truncus coeliacus.
    • Arteria hepatica propria: na afgifte van de arteria gastroduodenalis, voedt de lever bij de porta hepatis.
    • Verdeeld in linker en rechter arteria hepatica.
• Hepatische aderen: verzamelen bloed uit de leverlobuli en voeren af naar de inferieure vena cava.
  • Drie hoofdtakken: rechter, middelste en linker hepatische ader.

Studietip

• Maak een vuist met de rechterhand en stop de duim in: de duim komt overeen met segment 1 (caudate), de rest van de vingers volgen de segmenten in klokwijzerzin.