Transcript for:
Inzicht in Bloeddruk en Gezondheid

Hoi, ik ben Daniëlle en deze video gaat over de basiskennis van bloeddruk. Deze video is onderdeel van de cursus anatomie, fysiologie en pathologie van de bloeddruk, een samenwerking met E-nursing.nl. Klik op de link in de beschrijving om meer te lezen over deze cursus. De bloeddruk zorgt ervoor dat het bloed blijft stromen in ons lichaam, waarbij de organen en de weefsel genoeg zuurstof en voedingsstoffen krijgen. Voor de cellen is hier natuurlijk een constante aanvoer voor nodig. En dat is precies het belang van een gezonde bloeddruk. De pomp die de bloeddruk verzorgt is natuurlijk het hart. Bij elke hartslag knijpt het hart samen en ontspant het weer, knijpt het weer samen en ontspant het weer. Hierdoor zien we bloeddrukschommelingen. Op het moment dat het hart samenknijpt is de bloeddruk het hoogst, dit noemen we de systolische bloeddruk. Op het moment dat het hart weer even pauze heeft dan zien we de laagste bloeddrukwaarde, de diastolische bloeddruk. Uit deze twee waarden kunnen we dan ook nog de gemiddelde bloeddruk, de mean arterial pressure, berekenen. De hartcyclus bestaat één derde uit systole en twee derde uit diastole. Dus als we het gemiddelde willen berekenen dan doen we één keer systolische bloeddruk plus twee keer de diastolische bloeddruk en dat delen we door drie. Bijvoorbeeld 120 plus 160 gedeeld door 3 is een mean arterial pressure van 93.3. Hoe verder van het hart je af zit, hoe meer de bloeddruk zal dalen. Dit komt omdat er dan steeds meer afsplitsingen komen van de bloedvaten. Eerst van de arteriën, de grote slagaders, naar steeds kleine slagaders, die we arteriolen noemen, die uiteindelijk uitkomen in de capillairen. Hierbij neemt het totale oppervlak van de bloedvaten toe. En waar een zelfde hoeveelheid bloed in een grotere ruimte komt, daar daalt de druk. Met name in de arteriolen en in de capillairen zie je dat de druk sterk afneemt. En daarna blijft ook in de venulen en de venen de bloeddruk laag. Zo zie je dus dat je verschillende bloeddrukken hebt in je arteriën en in je venen. Maar ook tussen de grote bloedsomloop, ook wel de systemische circulatie genoemd, en de kleine bloedsomloop verschilt de bloeddruk heel erg. In de grote bloedsomloop moet er genoeg druk zijn om het bloed tot alle uiteinden van jouw lichaam te krijgen. Terwijl het bij de kleine bloedsomloop alleen naar de longen hoeft, die vlakbij het hart liggen. De ene druk is ook makkelijker te meten dan de andere. De makkelijkste om te meten en de klinisch meest relevante bloeddruk is de systemische arteriële bloeddruk. In de rest van deze video en in de rest van de cursus bedoelen we met bloeddruk dus de systemische arteriële bloeddruk. De optimale bloeddruk is 120 over 80 millimeter kwik. Maar we spreken van hypertensie, oftewel een te hoge bloeddruk vanaf 140 over 90 millimeter kwik of nog hoger. En over hypotensie, oftewel een te lage bloeddruk vanaf 90 over 60 millimeter kwik. Om de bloeddruk tussen de goede waarden te houden is ons lichaam constant bezig de bloeddruk te controleren en aan te passen. Hier heeft het lichaam een aantal aangrijpingspunten voor. De bloeddruk is namelijk het resultaat van de perifere weerstand keer het hartminuutvolume, of ook wel de cardiac output. En dat is de hoeveelheid bloed die het hart per minuut uit pompt. de Perifere weerstand is de hoeveelheid tegendruk die de bloedvaten geven van het hele lichaam. Dit heeft met name te maken met de diameter van de bloedvaten. Als de diameter groter wordt, wat we vasodilatatie noemen, zal de bloeddruk afnemen. En als de diameter kleiner wordt, vasoconstrictie, dan zal de bloeddruk juist toenemen. De cardiac output is dan weer het resultaat van de hartslagfrequentie keer het slagvolume. Dus hoe vaak klopt het hart per minuut keer de hoeveelheid die met elke hartsamentrekking wordt uitgepompt. En hoeveel het hart heeft uitgepompt, oftewel het slagvolume, kunnen we berekenen door te kijken hoeveel er vóór de hartslag in het hart zat, oftewel het eind diastolisch volume min hoeveel er nog in zit na de hartslag, het eind systolisch volume. Met behulp van dit schema kan je dan van allerlei aandoeningen, zowel hypertensie als hypotensie, beredeneren wat er op dat moment misgaat, hoe het lichaam hierop gaat reageren en ook hoe medicatie hierop aangrijpt in situaties zoals hypertensie, shock en na een hoog energetisch trauma etcetera. En dat is precies waar de cursus anatomie, fysiologie en pathologie van de bloeddruk over gaat. Hier gaan we dieper in op de regulatie van de bloeddruk, het RAAS systeem, hypertensie, hypotensie en de behandeling van deze aandoeningen. Dit doe je aan de hand van video’s, toetsvragen en klinisch redeneren casussen. Klik op de link in de beschrijving en schrijf je in. In de rest van deze cursus gaan we dit schema dus nog verder gebruiken ter ondersteuning van de volgende video’s. Bedankt voor het kijken!