Hallo allemaal en welkom bij de uitleg van paragraaf 4.1. Wat is een pluriforme samenleving? Het is de eerste paragraaf van hoofdstuk 4. Ehm en in deze paragraaf eh hè hoofdstuk 4 heet ook de pluriforme samenleving. In deze paragraaf wordt allereerst eens duidelijk gemaakt wat dat nou eigenlijk is die pluriforme samenleving. Nou, de foto verraad het misschien al een beetje die ik eh in mijn presentatie ook heb gestopt. Eh maar pluriform samenleving wordt ook nog wel eens verwart met het begrip multiculturele samenleving. Die begrippen lijken ook wel echt op elkaar, maar er zit ook wel een verschil in. Eh en daar eh wil ik even even bij eh bij stilstaan. En wat is nou allereerst eh dat is waar paragraaf 4.1 dus over gaat. Eh die pureforme samenleving. Ik hou ook even de volgorde aan zoals die in je boek staat hè. Die begint met een definitie. Maar ik kan die definitie misschien het beste uitleggen door allereerst even stil te staan bij wat een multiculturele samenleving is. Een multiculturele samenleving, dat is een samenleving waar mensen echt eh van verschillende eh culturele achtergronden, etnische en culturele achtergronden naast elkaar leven, hè. Dus in een multiculturele eh multiculturele samenleving zoals in Nederland heb je Nederlanders, maar je hebt ook mensen met een Marokkaanse, Turkse, Surinaamse, Poolse achtergrond. En een pluriforme samenleving is eigenlijk eh breder. Dat gaat niet alleen over verschil in eh cultuur, culturele achtergronden, maar gaat ook over alle verschillen die er zijn in de samenleving. Dus verschil in levensstijl, eh verschil in waarden en normen die mensen hebben. Ehm hoe ze denken bijvoorbeeld over politiek, het gaat ook heel erg over subculturen. Dus pluriforme samenleving gaat breder dan enkel alleen verschillen tussen culturen. Dat is even denk ik goed om eh om tussen je oren te knopen. Ehm nou, je merkt het al om eigenlijk eh goed pluriform samenleving te begrijpen en wat dat nu precies inhoudt, eh is het ook goed om even naar dat begrip cultuur te kijken. Dus daar zal ik in deze video ook bij stilstaan en duidelijk maken wat nou een cultuur eigenlijk is. En ehm daarmee zul je zien dat het leven in een eh pluriforme samenleving ook betekent dat je veel culturele diversiteit in een samenleving ziet. En dan kom ik zo nog even op. Ehm maar allereerst nou ja, wat is dan cultuur? Dat ontstaat vaak eh eigenlijk wanneer mensen vaak veel en langdurig met elkaar te maken hebben. Denk maar even aan je eigen vriendengroep hè. Als je daar heel veel mee optrekt, zie je dat er ook binnen de groep vaak wat eigen gewoontes ontstaan. Ook bijnam die je elkaar geeft, maar ook eigenlijk bepaalde gewoontes die je hebt. Zo is het in mijn eigen vriendengroep de gewoonte om elkaar ehm eh nou bijvoorbeeld heel erg de waarheid te zeggen. Wij zijn altijd heel eerlijk tegenover elkaar. Dat is een waarde die bij onze groep heel belangrijk is. En de norm is dan ook dat we elkaar ook de altijd wel de waarheid spreken, ook wanneer de ander daar misschien niet altijd direct op zitten wachten. Eh we hebben ook gewoonte binnen onze vriendengroep. We gaan eh jaarlijks met Pasen op eh vriendenweekend. Doen we echt al een jaar of 15. En ehm nou zoals dat binnen eh vriendengroep is, zo zie je dat eh wereldwijd binnen samenleving of op verschillende gebieden zie je dat ook, hè. Dus een cultuur ontstaat dus waar mensen in een bepaald gebied of in een in een in een land langdurig met elkaar te maken hebben. En ehm het zijn dus eigenlijk al die waarden, normen en gewoont en wat ook cultuurkenmerken worden genoemd die eh je met elkaar deelt. Ehm nou ja, waarden en normen op zichzelf zijn dus al cultuurkenmerken. Daar wil ik al wel even iets meer over vertellen. In Nederland is dat bijvoorbeeld eh doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg, hè. Dat is een beetje de norm die hier wel eh in Nederland geldt. En dat heeft te maken dat we eh de waarde ehm eh ja, laten we het zeggen, degelijkheid wel eh belangrijk vinden in Nederland. Dat vinden een belangrijke waarde ehm misschien ook bescheidenheid en zorg maar dus dat je gewoon eh doet, dan doe je al gek genoeg. Andere cultuurkenmerken in Nederland, dat die zien we bijvoorbeeld er in de feestdagen. Het Sinterklaasfeest, bepaalde muziek die eh die merendeel van de Nederlanders eh kan waarderen of eh zit hem in de kunst. En ehm nou eh misschien wel het meest simpele cultuurkenmerk is taal. taal is ook echt een cultuurkenmerk en de gesproken Nederlandse taal ehm eh is dus ook echt een uiting van de Nederlandse cultuur. Ehm wat ik daar verder nog over kan vertellen is dat we eh dat er voor cultuur dan twee soorten cultuur eh onderscheid wordt gemaakt, hè als we daar dan op inzoomen. En dat is wat je noemt de dominante cultuur en de subcultuur. En om met de dominante cultuur te beginnen, dat zijn eigenlijk alle waarden, normen en gewoonten die ja, het woord zegt het al, het dominant het meerderheid van de bevolking, de grootste deel van de bevolking met elkaar deelt. Dus de meeste mensen in Nederland ehm eh ik noem altijd een voorbeelden vir Sinterklaas. Dat maakt onderdeel uit van de dominante cultuur. De meeste mensen kunnen hazens goed waarderen. Of je nou rijk, arm bent, uit Amsterdam komt of uit of eh uit Zuid-Limburg. Ehm en de meeste mensen kunnen specifieke kunst of kennen specifieke kunst. Dat zijn allemaal uitingen die horen bij de dominante cultuur. Ehm subcultuur is wat anders. Dat zijn vaak normen waarde en gewoon die echt in een hele specifieke groep ehm eh erheersen en die wel afwijken van een dominante cultuur. Voorbeeld hierbij is bijvoorbeeld eh studentenverenigingen die ook hun eigen gewoontes hebben, hun eigen eh ja, bepaalde rituelen ontgroeningen. Denk daar maar aan, hè. Ehm maar geen onderdeel uit van de dominante cultuur. Het is niet zo dat er meerderheid van de mensen in Nederland eh die gewoonte heeft. Dat zit eigenlijk in die subcultuur. Een andere subcultuur is eh bijvoorbeeld eh de moslimgemeenschap. Eh mensen die eh eh dat geloof aanhangen. Maakt onderdeel uit van eh eh ook de dominante cultuur, maar heeft zijn eigen gebruiken. En eh wat ooit dominant was eh kan best een subcultuur worden en andersom. Dus ik zal er even twee voorbeelden nog bij geven. In Nederland was het ooit de dominante cultuur dat het merendeel gewoon naar de kerk ging. In ieder geval één eh één keer per week. Eh inmiddels is het kerkbezoek sterk afgenomen en zie je dat wat ooit voor de meerderheid van de bevolking goldt nu niet meer zo is. Inmiddels is eh kerkbezoek en het aanhangen van het christelijk geloof steeds meer ook een onderdeel geworden van de subcultuur. Terwijl wat een subcultuur is kan ook weer dominant worden. Eh denk bijvoorbeeld aan mensen die tatoeage hebben. Vroeger was dat zeker nog niet altijd even gebruikelijk terwijl dat steeds meer normaal is gaan worden eh en onderdeel gaan uitmaken van de dominante cultuur. En het leuke is eigenlijk, en hier wijk ik iets af van de van de volgorde in je boek, maar dat cultuur dus erg in beweging is. Eh dus wat ooit eh onderdeel uitmaakt van de dominante cultuur kan op enig moment een subcultuur worden en andersom. Eh en een ander voorbeeld eh duidelijk voorbeeld eh is deze natuurlijk eh waar het eerst gewoon was om bij het Sinterklaasfeest uit te gaan van Zwarte Pieten, zie je dat wel door veel discussie en ook soms wel heftige discussie, daar hebben we het in paragraaf 4.3 ook nog wel over. Maar dat er wel een verandering op gang komt binnen de cultuur en we nu steeds meer de roetveegpieten eh in de vieringen terugzien. Eh zelfs zoveel dat dat bijna onderdeel wordt of eigenlijk wel onderdeel is inmiddels van de dominante cultuur. Dus cultuur beweegt, daar sluit je paragraaf mee af. Ehm wat daarvoor in je paragraaf behandeld eh wordt is deze. Want die culturele diversiteit hè die is dus heel kenmerkend voor een pluriforme samenleving. We hebben gewoon heel veel verschillende soorten subculturen. Heel veel verschillen die mogen er ook zijn. in een pluriforme samenleving. Eh en in je boek worden er nog een aantal factoren besproken die daarvan invloed op zijn. Eh dat zijn er in totaal zes en die zal ik nu als laatste nog even kort eh met jullie doornemen. En de eerste is eigenlijk eh wat in je boek Woonomgeving wordt genoemd. Noem het maar even waar staat je wieg? Is dat in een dorp, op platteland of in een stad? Ja, dat is ook wel van invloed op hoe jij je leven inricht. Op jouw levensstijl. In een dorp zie je over het algemeen dat er wat beter op elkaar wordt gelet. En dat er ook wel wat meer verbondenheid is, terwijl misschien de individuele vrijheid in een stad waar men iets minder op elkaar eh let weer groter is. Ehm je ziet ook verschillen ontstaan als gevolg van leeftijd. Dat noemen ze in je boek generatie. Eh wat voor jouw ouders ooit normaal was ehm is voor jou inmiddels niet meer normaal. Dat is heel simpel. Je je leeft gewoon je bent er gewoon in een andere tijd opgegroeid. Dus jouw referentiekader, alles wat eh wat je aan ervaring aan kennis en normen en waarde opbouwt, eh dat is door de tijd ook heen veranderd, hè. Ik zei al: "Cultuur is in beweging." Dus wat voor jou normaal was, was voor jouw ouders vroeger misschien niet normaal en andersom. Kan soms ook tot generatie conflicten leiden. Ehm maar zorgt dus ook voor verschillen. Maatschappelijke positie kan ook voor verschillen zorgen. Dus hoe mensen hun leven inrichten. Mensen met een eh hè dat is maatschappelijke positie is afhankelijk van je beroep, hetgeen je ook verdient. wat ik in dit plaatje duidelijk wil maken, kan eh kan ook zijn invloed hebben op hoe jij ehm eh je leven inricht en wat jij daarin doet. Ehm hetzelfde geldt of je man of vrouw in in je vrouw bent in je boek noemen ze dat gender. Ehm hoe je je als man of vrouw gedraagt is heel sterk cultuurafhankelijk. In je boek wordt daar de term rolpatronen bij genoemd. En dat zijn eigenlijk eh verwachte gedrag wat je hebt van mannen en vrouwen in een bepaalde cultuur. Ehm maar leidt dus ook weer tot verschillen. Dan nog twee factoren eh dat is deze allegeton autochton. Tegenwoordig zeggen we Nederland of personen met een Nederlandse achtergrond of een migratieachtergrond. Ehm leidt ook tot verschillen eh in welke cultuur jij bent opgegroeid of waar jij oorspronkelijk vandaan komt. Dat neem je ook weer mee in je huidige levensstijl. Daar zullen we zeker ook in paragraaf 4.2 nog wat dieper op ingaan als we het over socialisatie hebben. Ehm maarchtergrond is ook van invloed en we spreken dan ook wel eens van etnische subculturen. En de laatste geloof ja die is zeer zeker ook van invloed op eh hoe leven wordt ingericht. Denk alleen maar aan het katholieke geloof waar je op zondags naar de kerk gaat of bepaalde vieringen die erbij ehm eh het Joodse geloof of het eh islamitische geloof zijn. En ehm opmerking hierbij is dat er ook gewoon een hoop mensen niet gelovig zijn ehm en daar op een eigen manier weer invulling aan geven. Allerlei verschillen eh die eh ontstaan, allerlei factoren die dus van invloed zijn op die verschillende subculturen en levensstijlen. En dat is eigenlijk een heel mooi iets als je het mij vraagt in die pluiforme samenleving. Daar wil ik het dan ook graag voor nu bij laten. Eh ik zie jullie graag terug ook in de uitleg van paragraaf 4.2. Tot dan.