🌍

Slavernij in Amerika en Oost-Indië

Jun 11, 2025

Overview

Deze les behandelt de omstandigheden van slavernij in Noord- en Zuid-Amerika, de rol van slavernij in de Nederlandse koloniën, en de situatie van slaven in Oost-Indië in de 19e eeuw.

Slavernij in Noord- en Zuid-Amerika

  • Tot slaaf gemaakte Afrikanen werkten op plantages voor producten zoals suiker, koffie, cacao en katoen.
  • Slaven leefden in slechte omstandigheden: kleine hutten, weinig eten, bijna geen vrije dagen.
  • Gezinnen werden vaak uit elkaar gehaald; het sterftecijfer lag hoger dan het geboortecijfer.
  • Slaven konden werken in de landbouw, mijnen, bouw of als huishoudpersoneel.
  • Meeste slaven probeerden te overleven door gehoorzaam te zijn; sommigen kwamen in opstand of vluchtten.
  • Door de Franse Revolutie ontstonden slavenopstanden, zoals de onafhankelijkheid van Haïti.

Slavernij in Nederlandse Koloniën (Amerika)

  • In Suriname bestond in 1860 zo’n 70% van de bevolking uit slaven, meest werkzaam op plantages langs rivieren.
  • Slaven in Suriname werden zwaar mishandeld; velen vluchtten het binnenland in en vormden de groep 'marrons'.
  • Marrons stichtten eigen samenlevingen en vielen soms plantages aan.
  • Later nam het geweld af door vredesafspraken, verbetering van slavensituatie en meer diversiteit in de stad Paramaribo.
  • Op de Antillen was 35% van de bevolking slaaf; velen werkten in havens of zeezoutwinning.
  • Door eilandligging konden slaven niet vluchten, dus kwam verzet vooral via opstanden (zoals onder leiding van Tula) voor.

Slavernij in Oost-Indië

  • Ook in Oost-Indië was slavernij wijdverspreid, maar minder bekend dan in Amerika.
  • Tussen 1600 en 1800 vervoerde de VOC naar schatting 500.000 mensen als slaaf.
  • Slaven kwamen uit Afrika, India, China en Indonesische eilanden.
  • Slavernij ontstond door verkoop op slavenmarkten, misdaad of schulden.
  • Slaven werkten zwaar in landbouw, mijnbouw, bouw, huishouden en soms in het leger.
  • De positie van slaven in Oost-Indië was divers, maar zij bleven eigen van anderen ('liveigenen').

Key Terms & Definitions

  • Tot slaaf gemaakten — Mensen, vaak uit Afrika, die onder dwang eigendom werden van anderen.
  • Plantage — Grote landbouwonderneming waar slaven werkten aan exportproducten.
  • Marrons — Gevluchte slaven in Suriname die eigen gemeenschappen vormden.
  • VOC — Verenigde Oost-Indische Compagnie, Nederlandse handelsorganisatie actief in slavenhandel.
  • Liveigenen — Personen zonder persoonlijke vrijheid; eigendom van een ander.

Action Items / Next Steps

  • Bestudeer paragraaf 6.1 over slavernij en noteer verschillen tussen slavernij in Amerika en Oost-Indië.
  • Bereid aantekeningen voor over de positie van slaven in de Nederlandse koloniën voor de volgende les.