Wat zijn enzymen?

Definitie

• Enzymen zijn biokatalysatoren.
• Ze versnellen chemische reacties zonder zelf verbruikt te worden.
• Enzymen zijn eiwitten.

Soorten Enzymen

1. Opbouwende enzymen (Assimilatie)
   • Worden gebruikt in processen zoals fotosynthese.
2. Afbrekende enzymen (Dissimilatie)
   • Worden gebruikt in processen zoals spijsvertering.

Specificiteit

• Enzymen zijn substraat-specifiek:
  • Door hun ruimtelijke structuur kunnen ze slechts met één specifieke stof, het substraat, reageren.
  • Dit leidt tot de vorming van een enzym-substraat complex.

Naamgeving

• Het substraat eindigt altijd op "-ose".
• Het enzym eindigt altijd op "-ase".

Voorbeelden

• Cellulose wordt afgebroken door cellulase.
• Maltose wordt afgebroken door maltase.
• Amylose (zetmeel) wordt afgebroken door amylase.

Factoren die enzymactiviteit beïnvloeden

1. Temperatuur
   • Hogere temperaturen versnellen de beweging van moleculen en daarmee reactiesnelheid.
   • Bij te hoge temperaturen kunnen enzymen denatureren (onomkeerbare verandering van hun structuur).
2. pH-waarde
   • Sterk afwijkende pH-waarden kunnen leiden tot denaturatie van enzymen.
3. Enzym- en substraatconcentratie
   • Meer botsingen tussen enzymen en substraten verhogen de kans op reacties.