🧬

Overzicht van de eukaryote cel

Jun 16, 2025

Overview

In deze video wordt een overzicht gegeven van de bouw en belangrijkste onderdelen van de eukaryote cel, met aandacht voor hun structuur en functie.

Celmembraan

  • Het celmembraan vormt de grens tussen de cel en de buitenwereld.
  • Bestaat uit een dubbele laag fosfolipiden met hydrofiele koppen en hydrofobe staarten.
  • Bevat membraaneiwitten die o.a. transport, herkenning en enzymatische functies uitvoeren.
  • Cholesterol in het membraan zorgt voor extra stevigheid en minder doorlaatbaarheid voor water.

Cytoplasma & Cytoskelet

  • Het cytoplasma (cytosol) bevat opgeloste stoffen zoals eiwitten, lipiden, koolhydraten, mineralen, DNA en RNA.
  • Het cytoskelet is een netwerk van eiwitdraden voor stevigheid, vorm en beweging van de cel.

Celkern en Ribosomen

  • De celkern heeft een dubbel kernmembraan met poriën voor molecuultransport.
  • Het kernlichaampje (nucleolus) maakt ribosomen.
  • In de kern ligt DNA als chromatine (DNA + histonen); sterk opgerold is dit zichtbaar als chromosomen.
  • Ribosomen (zowel los als op het RER) maken eiwitten op basis van RNA.

Endoplasmatisch Reticulum (ER) & Golgi-apparaat

  • Ruw endoplasmatisch reticulum (RER) bevat ribosomen en maakt eiwitten voor export.
  • Glad ER maakt onder andere vetten en koolhydraten en ontgift stoffen.
  • Golgi-apparaat bewerkt, sorteert en verpakt eiwitten en andere stoffen in blaasjes.

Blaasjes & Lysosomen

  • Transportblaasjes vervoeren stoffen binnen de cel of naar buiten.
  • Lysosomen bevatten verteringsenzymen voor afbraak van stoffen en beschadigde organellen.
  • Lysosomen spelen een rol bij geprogrammeerde celdood (apoptose).

Mitochondriën

  • Mitochondriën zijn de energiecentrales van de cel; ze maken ATP uit voedingsstoffen.
  • Hebben een dubbel membraan en eigen DNA, overblijfsel van vroegere symbiose met bacteriën.

Planten: Celwand, Plastiden en Vacuolen

  • De celwand (bij planten) bestaat meestal uit cellulose en geeft stevigheid.
  • Plastiden (zoals chloroplasten) bevatten pigmenten en voeren fotosynthese of opslag uit; bevatten ook eigen DNA.
  • Vacuolen zijn blaasjes gevuld met vocht; centrale vacuole geeft stevigheid, voedselvacuolen slaan stoffen op.
  • Klopvacuolen voeren overtollig water af bij sommige eencelligen.

Key Terms & Definitions

  • Fosfolipide — bouwsteen van het celmembraan met een hydrofiele kop en hydrofobe staarten
  • Cytoskelet — netwerk van eiwitdraden voor vorm, stevigheid en beweging
  • Ribosoom — organel waar eiwitten worden gemaakt
  • Lysosoom — blaasje met verteringsenzymen voor afbraakprocessen
  • Mitochondrium — organel dat energie (ATP) produceert
  • Plastide — organel in planten met specifieke functies (kleur, fotosynthese, opslag)
  • Vacuole — blaasje gevuld met vocht voor opslag of stevigheid
  • Chloroplast — plastide waar fotosynthese plaatsvindt

Action Items / Next Steps

  • Bekijk vervolgvideo’s voor meer details over de functie van elk organel.