šŸŒ

Overzicht van Kolonialisme en Oorlogen

Nov 19, 2024

Geschiedenis Samenvatting

1.1 Brits Kolonialisme in Amerika (1585-1833)

  • Ontdekking en kolonisatie:
    • John Cabot claimde Amerika voor Engeland vijf jaar na Columbus.
    • Eerste kolonie op Roanoke, North Carolina.
    • Virginia (1607) en New England (1620) belangrijke vroege koloniĆ«n.
    • New Amsterdam werd New York in 1664.
  • Relaties met Inheemsen:
    • Kolonisten kregen voedsel in ruil voor wapens.
    • Bloedbaden ontstonden door grondconflicten.
    • 90% van de inheemse bevolking stierf na contact met Europeanen.
  • Economische activiteiten:
    • Plantages in het Zuiden (tabak); landbouw en nijverheid in het Noorden.
    • Suikerplantages in Caribische gebied (Barbados, Jamaica).
    • Trans-Atlantische slavenhandel belangrijk.
  • Onafhankelijkheidsstrijd:
    • Verlichte ideeĆ«n leidden tot verzet tegen Britse belastingen.
    • Boston Massacre (1770) en Boston Tea Party (1773).
    • Onafhankelijkheidsverklaring na lange strijd.
  • Afschaffing slavernij:
    • Verbod op slavenhandel in 1807, slavernij afgeschaft in 1833.

1.2 Brits Kolonialisme in India (1765-1885)

  • East India Company (EIC):
    • Monopolie op handel ten oosten van Zuid-Afrika.
    • Overname van Bengalen in 1757.
  • Bestuur en controle:
    • Indirecte controle door inheemse vorsten.
    • Directe macht na opstanden tegen Britse regels.
  • Economische exploitatie:
    • Belastingen en plantages door EIC.
    • India als bron van katoen; industrie minder belangrijk.
  • Spoorwegen en communicatie:
    • Uitgebreid spoorwegnetwerk en Suezkanaal in 1869.
  • Opkomst nationalisme:
    • Indian National Congress opgericht in 1858.
    • Racistische houding van Britten leidde tot verzet.

1.3 Werkplaats van de Wereld (1750-1900)

  • IndustriĆ«le Revolutie:
    • Stoommachine van James Watt (1784).
    • Groei van bevolking en urbanisatie.
    • Verandering van handelskapitalisme naar industrieel kapitalisme.
  • Economische dominantie:
    • Groot-BrittanniĆ« als "werkplaats van de wereld".
    • Katoen als belangrijkste exportproduct.
    • London financieel centrum van de wereld.
  • Sociale veranderingen:
    • Slechte omstandigheden voor arbeiders.
    • Opkomst van vakbonden en arbeidersrechten.
    • Uitbreiding van kiesrecht voor mannen.

2.1 Interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918-1945)

  • Eerste Wereldoorlog en Weimarrepubliek:
    • SPD wint eerste naoorlogse verkiezingen.
    • Grondwet en parlementaire democratie ingesteld.
    • Economische problemen door Verdrag van Versailles.
  • Dawesplan en economische bloei:
    • Herstel van de economie tussen 1924-1929.
  • Opkomst van het nazisme:
    • Beurskrach 1929 leidde tot werkloosheid.
    • Populariteit van NSDAP onder Hitler.
    • Hitler rijkskanselier in 1933.
  • Machtsovername door Hitler:
    • Rijksdagbrand en Machtigingswet.
    • Onderdrukking van communisten en andere tegenstanders.